Sinds 1990 is in het Nederlandse kustbeleid het “dynamisch handhaven” van kracht. Uitgangspunt van dit beleid is dat de kustlijn van 1990 wordt gehandhaafd met behulp van zandsuppleties, en dat, waar mogelijk, ruimte wordt geschapen voor dynamiek door het toelaten van natuurlijke processen. In 1998 is door Rijkswaterstaat Directie Noord-Holland het initiatief genomen voor een proef met dynamische zeereepbeheer op Texel. Het experiment is in november 1998 gestart.

Sinds de start van het experiment worden de ontwikkelingen in het gebied gemonitoord, in samenwerking met Rijkswaterstaat en Staatsbosbeheer. Behalve het proefvak worden ook referentievakken ten noorden en ten zuiden gevolgd. Het beheer in de referentievakken bestaat uit het plaatsen van stuifschermen en aanplant. In het proefvak wordt, behalve incidentieel suppleren, geen beheer gevoerd.

editor59-texel1

 

In najaar en winter 1998 is de zeereep ter plaatse van het experiment sterk overstoven. Linksboven september 1998, rechtsboven december 1998, linksonder maart 1999, rechtsonder september 1999. Foto's Cees Smit, Rijkswaterstaat Texel.

In najaar en winter 1998 is de zeereep ter plaatse van het experiment sterk overstoven.
Linksboven september 1998, rechtsboven december 1998,
linksonder maart 1999, rechtsonder september 1999.
Foto’s Cees Smit, Rijkswaterstaat Texel.

In de referentievakken bleef de overstuiving in eerste instantie beperkt tot de zone achter de stuifschermen. Het effect van stuifschermen op de doorstuiving bleek overduidelijk. Met behulp van luchtfoto’s is de overstuiving over de zeereep gekarteerd. In de periode 1998-1999 was de gemiddelde breedte van de overstuivingszone in het proefvak 100.4 m, in het zuidelijk referentievak 51.3 m en in het noordelijk referentievak 91.0 m.

editor56-texel5

Kaart van de overstuivingszone (lichtgroene kleuren). Het niet overstoven deel is in donkergroen aangegeven, het strand in geel.

De doorstuiving over de zeereep is sterk seizoensgebonden. In de winter overstuift de voorzijde van de zeereep en wordt de helm soms geheel begraven. Het zand kan dan verder landwaarts verplaatst worden. In de zomer groeit de helm weer door het zanddek heen. De variatie in begroeiing is goed in onderstaand foto’s te zien.

texel3

texel5

Linksboven oktober 1998, rechtsboven december 1998, linksonder maart 1999, rechtsonder juni 1999. Foto’s Cees Smit, Rijkswaterstaat Texel.